Aafke (35) had een vroeggeboorte: ‘Er kwamen twee ambulances, één met couveuse en één voor mij’
Een vroeggeboorte is heftig, maar helemaal als die thuis plaatsvindt. Het overkwam Aafke (35) na een zwangerschap van 31 weken. Binnen een uur na het breken van haar vliezen had ze haar premature dochter in haar handen.
Toen Aafke met haar vriend Oscar van hun huurhuis in Utrecht naar hun koophuis verhuisden, groeide de kinderwens bij beiden. Ze hadden een steady baan, een fijn huis in een kindvriendelijke wijk. En ze hadden samen de afgelopen jaren flink gereisd. Het voelde alsof ze klaar waren voor de volgende stap in hun leven samen. Binnen drie maanden was Aafke zwanger.
Pittige zwangerschap
“Er zijn vrouwen die fluitend door een zwangerschap gaan en ik ben daar helaas niet één van. Ik was moe, futloos en heel, heel misselijk. Op het werk ben ik een meeting uitgerend, omdat ik toch echt even moest spugen. Tot ver in het tweede trimester moest ik iedere ochtend overgeven. Het gekke is dat je er handig in wordt. Spugen op een lege maag was hels, dus ik at in de ochtend gauw wat lichts en dronk wat water. Dan had ik wat om eruit te gooien. Met een week of 23-24 ging dat gevoel gelukkig weer weg. Verder zijn er nooit bijzonderheden geweest in de zwangerschap. De baby groeide goed en we wisten inmiddels dat het een meisje is.
Er was geen aanleiding om een vroeggeboorte te verwachten. Alles ging goed, ik werkte en sportte nog. Toen ik 30 weken zwanger was, kreeg ik op het werk last van zere buiken. De avond ervoor had ik gesport. Tijd om naar huis te gaan en uit te rusten, dacht ik. Op de fiets moest ik af en toe even stoppen met trappen, omdat m’n buik zo zeer deed. Pff, dit was even pittig.
Oscar was naar college en ik maakte thuis eten voor mezelf. Daarna sprong ik in de auto omdat ik op Marktplaats een box en een wippertje op de kop had getikt. Gelukkig wilde de verkoper deze zwangere wel helpen met de spullen in de auto tillen. En al die tijd had ik last van mijn buik en moest ik af en toe echt even stilstaan en zuchten.
Weeën
Al die tijd dacht ik aan harde buiken in verband met drukte, daarna dacht ik aan indalingsweeën. Ik besloot mijn weeën te timen, maar enige regelmaat was er niet te vinden. Het waren er zo’n tien in een half uur, maar ze duurden soms een paar seconden en soms een minuut. We waren nog niet begonnen aan onze zwangerschapscursus, dus ik wist toen nog niet dat ik aan de bel had moeten trekken.
In de hoop wat ontspanning te vinden, ging ik onder de douche. Dat hielp niet echt, en ik ging zelfs zitten op de grond. Op dat moment kwam Oscar thuis van college. “Niet schrikken, ik zit onder de douche,” riep ik toen hij binnenkwam. Ik vertelde hem mijn verhaal van die dag. “Kan ik iets voor je doen?” “Nee, denk het niet. Ik ga zo naar bed en dan is het morgen een nieuwe dag,” antwoordde ik.
Gebroken vliezen
Om half 12 schrok ik wakker van een ‘pang’ in m’n buik. Dat zijn m’n vliezen, wist ik direct. Ik rolde uit bed -om het matras niet vies te maken- en ik schreeuwde naar Oscar. Het duurde even voor hij me hoorde. Gehurkt zat ik naast het bed met een plas op de grond. “Bel de verloskundige.” Met 30 weken had hij deze nog niet in z’n telefoonlijst staan, dus hij moest even zoeken. Ze nam op en ik zei: “Hoi met Aafke, ik ben 30.6 weken zwanger en mijn vliezen zijn gebroken.’’ ‘’Heb je weeën, ik kom er nu aan,” zei ze. Ze adviseerde me op bed te gaan liggen, maar ik moest ontzettend nodig poepen. Ik mocht naar de wc.
Tien minuten later arriveerde ze en liep naar boven. Ik zat op de wc en klemde me vast tussen de deurpost en het muurtje. Ze zag direct dat ik heel actieve weeën had en legde me op bed. “Je hebt zeker nog geen kraampakket?” “Jawel,” riep ik trots, en stuurde Oscar op pad om die te halen. Ze toucheerde me en zei tot ons schrik dat ik al 10 cm ontsluiting had.
Twee ambulances
In de auto had ze de hulpdiensten al gebeld, omdat ze aan de telefoon al had gehoord dat dit menens was. Het idee was dat de ambulance mij op kwam halen en dat ik in het ziekenhuis zou bevallen. Maar nu wisten we alle drie dat ik dat niet meer zou redden. Ze belde opnieuw met 112 en vroeg om twee ambulances: één met een couveuse en één voor mij.
Niet veel later kreeg ik persdrang. Oscar werd het hele huis doorgestuurd tussen de weeën door, want we hadden van alles nodig: vuilniszakken, een emmer, warme dekens en handdoeken. Binnen tien minuten stond het hoofdje en moest ik even wachten van de verloskundige. Vroeggeboorte of niet: die ring of fire is intens!
Om half 1, een uur nadat mijn vliezen braken, is Lauren thuis geboren. Heel, heel klein, maar met een Apgarscore van 8! Ze lag op mijn borst en op dat moment kwamen de ambulancebroeders binnen. Oscar knipte de navelstreng door en een van de broeders nam Lauren over. “Geef je me straks wel de juiste baby terug?” grapte ik naar hem.
Brancard
Met loeiende sirenes is Lauren, samen met Oscar, naar het WKZ gebracht. Ik ben zelf de trap afgelopen en op de brancard geklommen. In een tweede ambulance ging ik achter haar aan. Verbijsterd, verbaasd, onwerkelijk. Eerst dacht ik nog dat ik ergens deze week weer met mijn baby thuis zou zijn, totdat de broeder in de ambulance me vertelde dat de meeste gezonde premature kinderen rond hun uitgerekende datum thuiskomen. Dat zou dus nog 9 weken duren!
Hoewel het ontzettend onverwachts was en enorm schrikken, is de bevalling en de eerste zorg voor Lauren goed gegaan. De verloskundige was erbij – godzijdank – en zij vertelde in een nagesprek dat dit voor haar ook heel heftig was geweest. Zo’n bevalling had ze nog nooit eerder thuis en alleen gedaan. Vaak is bij een bevalling assistentie van een kraamhulp of zelfs van de hulpdiensten. Ze was heel blij dat Lauren het zo goed deed en dat ze haar niet heeft moeten reanimeren of op een andere manier medisch heeft moeten helpen.
Kraamtijd
Op de bevalling zelf kijk ik dus heel goed terug. De kraamtijd, of eigenlijk ziekenhuistijd, was veel heftiger. Ik werd al ontslagen na twee nachten, maar Lauren heeft in totaal bijna zeven weken in het ziekenhuis gelegen. Op de NICU liggen de baby’s op zaal, op een rijtje met andere baby’s. Dat betekent dus ook dat wij thuis waren, zonder kindje. Niet in de buik en niet in de box. Dat was heel confronterend bij thuiskomst na mijn ontslag uit het ziekenhuis. We gingen bijna iedere dag twee keer naar haar toe in het ziekenhuis. De eerste week in het WKZ en later is ze overgebracht naar de neonatologie van het streekziekenhuis.
Het niet bij haar zijn was heel gek. Als moeder, als vader, wil je hechten, binden en huid-op-huidcontact. Op de momenten dat we er waren, deden we dat zoveel mogelijk, maar we moesten ook rekening houden met haar. Zo mochten we bijvoorbeeld na het vervoer naar de neonatologie niet met haar buidelen, omdat het heel stressvol is voor zo’n kleintje om uit de couveuse te worden getild. In samenspraak met de verpleging kozen we toen voor haar rust.
Reanimatie
Toen ze eindelijk thuiskwam, begon onze kraamtijd pas. We konden visite ontvangen en haar opa’s en oma’s konden haar ook ontmoeten en knuffelen. Ook voor ons was er nu rust en ik merkte dat ik goed over ons hele avontuur kon praten en dat mijn verwerking van start was gegaan. Tot ik op een ochtend, toen Lauren een weekje thuis was, haar uit bed haalde en zag dat ze niet kon ademen. Ze wilde wel, ze snakte naar lucht, maar er kwam geen lucht in haar longen. Ze liep blauw aan. Ik gilde naar Oscar, die beneden aan de keukentafel aan het werk was en hij belde 112. De meldkamer heeft ons toen begeleid in wat we moesten doen. Oscar drukte op haar borstkast en ik zette mijn mond over haar neus en mond en blies.
Dat hielp en ze kwam bij en ademde zelf weer. De hele straat stond vol met hulpdiensten en de helikopter was zelfs al opgestegen. Ze is nagekeken en ze bleek verkouden te zijn met een slijmprop in haar luchtwegen, die ze niet weggehoest kreeg. Ter controle hebben we nog een nachtje op de kinderafdeling doorgebracht, maar we mochten gelukkig gauw weer naar huis.
Vertrouwen
Mijn vertrouwen was compleet weg en ik merkte zelfs dat ik me van haar distantieerde. Ik beredeneerde dat ik niet van haar moest gaan houden, want als dit nog een keer gebeurde en ze zou ons wel ontvallen, dan had ik daar mezelf mee.
Bizarre gedachtes natuurlijk, en ik heb ook direct aan de bel getrokken. In het ziekenhuis op de neonatologie hadden we al goed contact met medisch maatschappelijk werk, en daar heb ik een half jaar lang met regelmaat goede gesprekken gehad. Ik leerde dat mijn verdriet er mocht zijn, en dat ik rouwde om wat er allemaal niet was geweest. Geen gezonde zwangerschap, geen verlof, geen babyshower, geen normale kraamtijd. En dat daarnaast mijn liefde voor Lauren mocht groeien. Dat dat hand-in-hand gaat.
Het was ontzettend heftig, maar ik ben ook heel trots op mezelf dat ik hulp heb gezocht.
Tweede zwangerschap
Toen onze wens voor nog een tweede kindje groeide, hebben we eerst preconceptionele gesprekken met de gynaecoloog gevoerd. Omdat er nooit is vastgesteld waarom Lauren vroeg is geboren, wisten we ook niet waar we deze tweede zwangerschap op moesten letten. Maar we maakten een plan en onderdeel daarvan waren tweewekelijkse metingen van mijn baarmoederhals en medicatie die eventuele activiteit in mijn baarmoeder konden onderdrukken.
Toch ben ik met 32 weken zwangerschap in het ziekenhuis beland. Het leek er even op dat ik ging bevallen en daarom kreeg ik longrijpers. Dit was heel stressvol, omdat we wisten wat een premature baby zou betekenen. Gelukkig bleef de baby nog even zitten en konden we weer naar huis. Uiteindelijk is Thomas geboren met 35.6 weken. Ook iets te vroeg, maar hij heeft verder geen medische hulp nodig gehad. Mijn kraamtijd met hem – die extra lang en rustig werd door de laatste coronalockdown in december 2021 – was ontzettend helend. Toen is “de wond” gestopt met bloeden en een litteken geworden, zoals ik het weleens omschrijf.
Zes jaar
Lauren is inmiddels zes jaar en het feit dat ze prematuur is, gaat steeds verder naar de achtergrond. Het eerste jaar spreek je nog over gecorrigeerde leeftijd, maar nu komt ze gewoon mee met haar leeftijdsgenootjes. Zo af en toe worden we er weer aan herinnerd, toen ze bijvoorbeeld een liesbreuk had. Iets dat blijkbaar bij premature kinderen vaker voorkomt. Of bij aanmelding op de basisschool, als er wordt gevraagd naar eventuele medische geschiedenis of gegevens.
Ik ben dankbaar voor het leven van deze twee kinderen dat ons gegeven is. Vroeger had ik altijd een beeld van drie kinderen in mijn hoofd, maar ik knijp m’n handjes dicht met twee gezonde kinderen. Ik durf het risico niet nog eens te nemen. En daarnaast vind ik het leven met twee kinderen soms pittig genoeg. Ze zijn inmiddels wat zelfstandiger en daarmee krijg ik ook weer wat meer mijn eigen leven terug.”
Aline Ulehake (34) verloor haar dochter na 6 weken: ‘Bijna niemand begrijpt de impact op je leven’