Mirthe Diemel
Mirthe Diemel Gezondheid 22 jan 2025
Leestijd: 9 minuten

De kinderen van Bertine zijn hoogbegaafd: ‘Het is soms heel eenzaam’

Dat haar oudste zoon (nu 12) vlot was in zijn ontwikkeling, daar zocht Bertine de Dood – Zaalberg in eerste instantie niets achter. Tot hij tweeënhalf jaar oud was en steeds vaker gefrustreerd leek. Hij bleek hoogbegaafd – net als haar dochter (9) en vermoedelijk haar jongste zoon (4). Omdat er vaak nog onwetendheid over hoogbegaafdheid is, schreef Bertine er, samen met Marianne Miralles Blay – Krijnsen een boek over: Een leven lang hoogbegaafd.

Het waren de driftbuien van haar zoontje, toen tweeënhalf, die Bertine ineens opvielen. “Tot dan toe was hij eigenlijk altijd een heel lief, vrolijk mannetje. Maar de frustratie en de mate waarin hij dat uitte, dat kende ik niet. Ik vond ook geen herkenning bij ouders van jonge kinderen om me heen.”

Hoogbegaafd

Bertine beschreef haar situatie op een forum en vertelde hoe ver haar zoontje was in zijn ontwikkeling. “Vervolgens wees iemand daar me erop dat hij wel eens een ontwikkelingsvoorsprong kon hebben. Ik heb toen contact opgenomen met de Expertgroep Ontwikkelingsvoorsprong. Zij adviseerden me om wat moeilijkere puzzels en wat uitdagende spellen te kopen om te kijken hoe hij daarop zou reageren. De puzzels van 80 en 100 stukjes maakte hij binnen een middag. Een spelletje waarmee hij letters kon leren vond hij heel leuk. Ik weet nog dat ik na de eerste middag dacht: als hij zo doorgaat, kent hij op zijn derde alle letters van het alfabet. Ik bleek dat verkeerd ingeschat te hebben – een week later las hij zijn eerste woordjes. In die week was er niets meer van zijn frustratie over.

Toen wisten we dat hij meer nodig had en zijn we met hem naar een peuterplusgroep gegaan, waar hij verder opbloeide. Toen hij vijfenhalf was is hij, op verzoek van school getest. Hij scoorde 145+, hoger ging de test niet.”

Veel onwetendheid over hoogbegaafdheid

Over hoogbegaafdheid is nog veel onwetendheid. Het is zéker ook geen kwestie van ‘gewoon’ wat extra leerstof aanbieden, nee: een hoogbegaafd kind opvoeden is intens, rijk, eenzaam en heel hard werken. Bertine: “Een hoogbegaafd kind heeft een intense emotiebeleving en uit de emoties ook zo. Wat ook uitdagend is: een hoogbegaafd kind loopt cognitief vaak jaren voor, maar emotioneel is een kind meestal nog niet zover. Dat betekent dat je bij het avondeten kunt discussiëren over zwarte gaten en de omvang van het heelal, en dat ze vervolgens heel verdrietig kunnen zijn als het toetje niet is wat ze hadden gehoopt. Je moet continu schipperen tussen de verschillende leeftijden binnen een kind, en ondertussen omgaan met de intense emoties. Dat vraagt veel van jou als ouder.”

De diepe gesprekken die je als ouder kunt hebben met je kind, het reflecteren, de levensvragen en het intens kunnen genieten samen, dat is echt rijkdom. Maar het feit dat de omgeving het vaak niet begrijpt, maakt het ook eenzaam, gaat Bertine verder. “Toen wij nog maar net wisten dat onze oudste zoon hoogbegaafd is, probeerde ik dat bespreekbaar te maken. Ik wilde praten over mijn twijfels en ervaringen, maar merkte al snel dat het bij veel mensen niet goed viel. Ze dachten dat ik wilde opscheppen, dat ik wilde vertellen over wat mijn kind allemaal al kon. Ik leerde dat ik beter mijn mond kon houden en er zelf mee moest dealen. Dat maakte het – en maakt het soms nog steeds – ook heel eenzaam.”

Masker op

Hoogbegaafdheid is ook hard werken, gaat Bertine verder. “De school waar mijn oudste zoon en mijn dochter zaten, bleek al snel niet passend te zijn. Ik bracht ze schreeuwend, huilend, schoppend naar binnen en moest ze letterlijk van me afpulken om weg te kunnen. Mijn dochter was vier jaar oud, zat in groep 3 en was doodongelukkig. Eenmaal op school zette ze een masker op en speelde ze de perfecte leerling. Thuis hadden we een meisje wat niet meer sliep, alleen maar huilde, buikpijn had (we liepen daarvoor zelfs bij de kinderarts), en op een gegeven moment zelfs zei: ‘ik kan er maar beter niet meer zijn mama’. Dan breekt je hart in tienduizend stukjes.

We hebben talloze gesprekken gehad op school, maar ze snapten het niet en wilden, nadat ze versneld was naar groep 3, niets aanpassen in het onderwijsaanbod. De gemeente, de leerplichtambtenaar, hoogbegaafdheidsspecialisten, met iedereen hebben we om tafel gezeten, maar de school bewoog geen centimeter. De directrice zei alleen maar ‘we zien hier op school een blij meisje, dus we denken dat jullie thuis aan de slag moeten’.


Andere school

Uiteindelijk zijn allebei haar kinderen van school gewisseld. “Inmiddels rijden we al drieënhalf jaar zo’n drie uur per dag om mijn dochter – eerst ook mijn zoon, maar hij zit nu op de middelbare – naar een school te brengen waar ze het in ieder geval willen proberen. Het onderwijs is ook daar niet passend, en ze is ook nu niet gelukkig, maar hier willen ze tenminste luisteren en zijn ze bereid om aanpassingen te doen. Toch blijft het nog steeds hard werken; naast het autorijden, de vele afspraken met school, met coaches, met de gemeente en ondertussen iedere keer de emoties van je kind opvangen.”

Toen Bertine begin 2024 afsprak met haar goede vriendin Marianne Miralles Blay – Krijnsen, ontstond het idee voor Een leven lang hoogbegaafd. “Marianne werkt met hoogbegaafde kinderen en ik heb in de afgelopen tien jaar best een groot netwerk opgebouwd van ouders met hoogbegaafde kinderen. Toen we vorig jaar voor de zoveelste keer de schrijnende verhalen van hoogbegaafde kinderen met elkaar deelden, wisten we: er moet nú iets veranderen.”

Er was één gemene deler in alle schrijnende verhalen die Bertine en Marianne met elkaar deelden: het gebrek aan kennis over hoogbegaafdheid en de vooroordelen die leven, schaadt deze kinderen. “Zodanig zelfs dat kinderen uitvallen op school, depressief of zelfs suïcidaal zijn op zeer jonge leeftijd. Er moest dus een eerlijker, completer beeld geschetst worden van wat hoogbegaafdheid is. Met dit boek is dat er nu.”

Ieder hun eigen verhaal

In het boek komen 27 mensen aan het woord in de leeftijd van 4 tot 91 jaar, waaronder elf kinderen. Bertine: “Zij vertellen ieder hun eigen verhaal: hoe verloopt hun ontwikkeling, hoe ervaren ze hun schooltijd, hoe kijken ze aan tegen vriendschappen, wat is hoogbegaafdheid voor hen? Bij de jongste kinderen, tot 10 jaar, delen ook de ouders hun verhaal. Hoe zij de eerste jaren hebben ervaren, waar zij tegenaan lopen en hoe het voor hen is om een hoogbegaafd kind te hebben. De volwassenen kijken terug op hun jeugd en schooltijd, en welke invloed dit heeft gehad op hun leven. Zij vertellen ook over hun carrière en hun relaties. Iedere geïnterviewde heeft daarnaast een persoonlijke boodschap voor de lezer. Door de persoonlijke verhalen krijg je een breder perspectief op hoogbegaafdheid en zie je hoe hoogbegaafdheid een rol speelt in hun leven.”

Daarnaast bevat het boek meer dan twintig theoretische kaders met thema’s zoals ‘hoogbegaafde baby’s, peuters en kleuters’, ‘het opvoeden van hoogbegaafde kinderen’, ‘misdiagnoses’ en ‘ontwikkelingsgelijken en vriendschappen’. Bertine: “In deze kaders worden de uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek wat er op deze gebieden is gedaan, gekoppeld aan de persoonlijke ervaringen. Op die manier kun je hoogbegaafdheid nog beter leren begrijpen.”

Eenzaam

Hoogbegaafdheid uit zich bij ieder kind anders, blijkt ook uit alle ervaringen, gaat Bertine verder. “Uit de interviews, en onze ervaring, is wel gebleken dat ze zich vaak niet gehoord en niet gezien voelen op school. Sommige kinderen voelen zich eenzaam, omdat ze kinderen om zich heen missen die hetzelfde denken en die de wereld hetzelfde ervaren. Dat is lastig, want als kind leer je door jezelf te spiegelen aan de kinderen om je heen. Maar als je geen kinderen om je heen hebt die hetzelfde denken, hetzelfde ervaren, dan voel je je anders en raar. Dat heeft gevolgen voor de ontwikkeling van je zelfbeeld en je zelfvertrouwen. Jammer, want hoogbegaafdheid kan ook práchtig zijn. Dat blijkt onder meer uit hoe intens deze kinderen kunnen genieten van muziek, van dans, van nieuwe dingen leren.”

Vroegsignalering van belang

Wat Bertine nog veel merkt, is dat er vaak te weinig kennis is bij medewerkers van het consultatiebureau of kinderdagverblijven. “Bij hoogbegaafdheid is vroegsignalering van groot belang. Als er genoeg kennis is om de signalen te herkennen, kan het aanbod aan en de benadering van deze kinderen worden aangepast. Op deze manier kan aanpassingsgedrag of probleemgedrag worden voorkomen.”

Daarnaast wordt er vaak van hoogbegaafden verwacht dat ze goed presteren en zich goed kunnen handhaven. “Zo worden ze vaak apart gezet met pluswerk, met een zeer beperkte, of zelfs helemaal geen instructie. Maar ook hoogbegaafde kinderen hebben instructies nodig om te kunnen leren. Ze hoeven het alleen minder vaak te herhalen en moeten de stof ‘top-down’ aangeboden krijgen. Daarnaast zet je de kinderen, door ze apart te zetten, letterlijk buiten de groep, terwijl ze zich al zo vaak onbegrepen voelen.”

Hoogbegaafd van kind naar volwassene

En dan is er nóg iets, gaat Bertine verder. “Hoogbegaafde kinderen worden hoogbegaafde volwassenen. De thema’s waar hoogbegaafde kinderen tegenaan lopen, verdwijnen niet ineens als deze kinderen volwassen worden. Het is daarom belangrijk om je te realiseren dat je in je jeugd écht de basis legt voor de rest van je leven, óók als het gaat om hoogbegaafdheid. In de verhalen in ons boek lees je dan ook terug hoe volwassenen terugkijken op hun jeugd en schooltijd en wat de ervaringen van toen hebben betekent voor de rest van hun leven.”

‘Luister naar hun stem’

Wat Bertine tegen anderen zou willen zeggen? “Ik zou het vooroordeel dat hoogbegaafden allemaal slimme, succesvolle mensen met uitzonderlijke talenten zijn, en dat ze sociaal onhandig zijn, willen wegnemen. Dat is een beeld wat simpelweg niet klopt. Hoogbegaafden denken anders, sneller en beleven de wereld op een andere manier. Ze zijn vaak intens gevoelig. Ze bewegen zich in een wereld die hen vaak niet begrijpt, en van dat onbegrip zijn ze zich, vaak al op zeer jonge leeftijd, pijnlijk bewust.

Net als ieder mens verdienen ook hoogbegaafden het dat er naar ze wordt geluisterd, dat ze worden gezien en gehoord. In dit boek krijgen hoogbegaafden een stem en kunnen ze zélf vertellen wat het voor hen is om hoogbegaafd te zijn. Ik zou iedereen willen vragen om naar hun stem te luisteren.”

Een leven lang hoogbegaafd verschijnt op 8 maart 2025, de eerste dag van de week van de hoogbegaafdheid, maar is nu al te verkrijgen in de pre-sale.

Janicka’s kinderen zijn hoogbegaafd: ‘Dat zorgeloze kind zijn, zullen zij nooit ervaren’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Ieder weekend het beste van J/M Ouders in je mailbox 👪

Start je weekend goed met de mooiste verhalen van J/M Ouders.