Lisa van den Akker
Lisa van den Akker Vrije Tijd 30 jan 2022
Leestijd: 4 minuten

Knalgeel of zachtroze? Deze kleuren kleding passen het beste bij jouw kind

Fleurt je zoon of dochter op van een helderblauwe trui, maar oogt hij of zij flets in een citroengeel T-shirt? Dan heb je een lentekind in huis. Als je weet welke kleuren kleding het beste bij je kind passen, scheelt dat een hoop miskopen.

Wat jij als ouder een mooie kleur vindt, is niet altijd de beste kleur voor je kind. Maar hoe vind je uit wat wel goed bij hem of haar past? Daar zijn natuurwetten voor. Kleuren worden opgenomen of afgestoten door de kleur van iemands huid en haar. Als kleuren dezelfde ondertoon hebben, worden ze opgenomen door de huid en zie je er zomaar een stuk fraaier uit, je straalt meer. Maar als kleuren een andere ondertoon hebben, stoten ze af en oog je grauwer en ongezonder. Dat wil natuurlijk niemand zijn kind aandoen. Door te kijken naar huid- en haarkleur kan ieder mens ingedeeld worden in een seizoen.

Welke kleuren kleding passen bij je kind?

Hoe dat precies zit, weet kleurconsulent Laura Dufour auteur van ‘De Stijlgids‘. ‘De basis is de huid van je kind,’ legt ze uit. ‘Daar moet je het eerst naar kijken. Heeft die huid een koele ondertoon of een warme ondertoon?’ Lastige vraag. Want hoe zie je zoiets? ‘Als je kind overwegend geel pigment heeft, dan is het een warm kleurtype. Heeft het overwegend rood of blauw pigment, dan is het een koel kleurtype. Een kind met geel pigment wordt in de zomer gelig bruin. Een kind met veel rood-blauw pigment wordt roodachtig bruin.’

En hoe weet je of iets een koele of warme kleur is als je in de kledingwinkel staat? Laura heeft daar een praktisch antwoord op. ‘Voor moeders is het vaak handig om hun sieraden bij het kledingstuk te houden. Draag je zilver, dan past dat bij koele kleuren. Past het niet, dan weet je dat het een warme kleur is. Goud past goed bij warme kleuren; als het niet past is het een koude kleur.’

Als je weet welk type je kind is, verloopt de zoektocht in de winkel stukken sneller en eenvoudiger. Het voorkomt miskopen. En omdat alles in de kledingkast nu bij elkaar past doet een ‘helemaal zelf gekozen’ combinatie van je kind nooit meer pijn aan de ogen. Wat een harmonie. Toch hoef je niet meteen hun hele garderobe te veranderen. De kleding die vlakbij het gezicht gedragen wordt, is het belangrijkst. Vandaar dat alle kleurtypes een doodgewone spijkerbroek kunnen dragen. Die zit immers ver van hun gezicht.

Het zomertype

Kenmerken

Huid: koele tint (blauwe ondertoon). Lichte huid met soms wat roze.
Haar: blond als baby, als puber verandert dat soms in asblond.
Wat past in de kledingkast?
Koele, zachte en heldere kleuren met een blauwe ondertoon. Grasgroen, zeeblauw, violet en grijs.
Ook: wit, wolwit, blauwgrijs, chocolade, diep blauwgroen, licht citroengeel, lichtroze, bordeaux en framboos.

Het lentetype

Kenmerken

Huid: warme tint (gele ondertoon). Roze wangen. Heldere huid.
Haar: vlasblond, geelblond, rossig, goud of donkerbruin.
Wat past in de kledingkast?
Lichte en heldere, warme kleuren. Zoals: goud, geel, zachtroze, lichtblauw en zachtgroen.
Ook: oranjerood, paardenbloemgeel, helderblauw, turkoois, ivoor, camel, zeegroen, middenturkoois, donkerpaarsblauw en licht marine.

Het herfsttype

Kenmerken

Huid: warme tint (gele ondertoon). Vaak iets donkerder of goudbeige huid.
Haar: donkerbruin, goudbruin, rossig, rood of met een subtiele rode gloed over het haar.
Wat past in de kledingkast?
Diepe, warme kleuren met een gele ondertoon. Kleuren waar de vlammen van afspatten. Rode en gele kleuren van herfstbladeren en donkere aardetinten.
Ook: mosgroen, beige, oranje, okergeel en bordeauxrood. Roomwit, goudgeel, terracotta, petrolblauw, roestbruin en olijfgroen.

Het wintertype

Kenmerken

Huid: koele tint (blauwe ondertoon). Lichte huid. Weinig roze wangetjes.
Haar: donkerbruin of zwart.
Wat past in de kledingkast?
Koele en heldere kleuren. Sneeuwwit, ijsblauw, felroze, babyblauw.
Ook: stevige rode kleuren, zwart, zuiver grijs, fuchsia, kobaltblauw, marine, rood en diep paars.

Handige weetjes

  • Pikzwart en spierwit passen alleen bij koele kleurtypes (zomer en winter).
  • De kleuren van je eigen seizoen heten je 100 procent kleuren. De kleuren uit je familie (familie Warm of familie Koel) zijn 80 procent kleuren. Als warm herfsttype kan een kind met succes kleren dragen die lentetypes aan hebben. En als een kind een koeler wintertype is, staan zomerkleuren hem of haar ook. Het gaat er dus vooral om dat je de juiste tint (warm of koel) kiest.
  • Sproeten en rood haar? In negen van de tien gevallen is je kind dan een herfsttype.
  • Ook het karakter van je kind is belangrijk. Bescheiden types kunnen met hun kledingkleuren beter niet te schreeuwerig op de voorgrond treden.

Dit is het effect van verschillende kleuren in de kinderkamer

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Iedere zondagochtend het beste van J/M Ouders in je mailbox 👪

Start je zondag goed met de mooiste verhalen van J/M Ouders.