Nico (42): ‘Mijn zoon (10) slaapt niet in zijn eigen bed. Wat kan ik doen?’
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.jmouders.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F08%2FMarloes-Craenen.jpg)
Iedere vader kent het gevoel van onmacht, het gevoel dat je geen grip krijgt op je kind, maar niet iedere vader praat erover. In deze rubriek deelt vadercoach Marloes Craenen elke week een casus uit haar praktijk en geeft zij haar advies. Deze week het dilemma van Nico (42): “Mijn zoon (10) slaapt niet in zijn eigen bed. Wat kan ik doen?”
Nico: “Elke nacht staat hij wel een paar keer naast ons bed. Meestal om half twaalf, als ik net slaap. En ook diep in de nacht, tot half vijf. Bang voor monsters, geesten, spoken… Ik vertel hem elke keer dat die dingen niet bestaan, trek kasten open, kruip samen onder het bed…, maar niks helpt.
Slaapoplossing voelt niet goed
Mijn vrouw laat hem dan bij ons in bed, want ze vindt het zielig. Of een van ons gaat in zijn bed liggen. Dat is volgens haar de beste oplossing, want, zegt ze, hij is bang en een kind hoort niet bang te zijn. Ik vaar eigenlijk altijd blind op haar opvoedtips. Ze is pedagoge en weet veel van kinderen. Maar al vanaf het begin heeft deze ‘slaapoplossing’ niet goed gevoeld voor me.
Daar komt bij: ik kan echt heel slecht tegen korte nachten. Vooral wanneer ik in mijn diepste slaap gestoord word, de eerste vier uur. Dan ben ik volledig de weg kwijt. En de rest van de dag ben ik chagrijnig, kortaf, geagiteerd… Dan lukt het me niet meer om nog warm en liefdevol naar mijn zoon te kijken.
Gisteravond in de kroeg hoorde ik mezelf klagen tegen een vriend. Noemde hem ‘dat irritante jong’. Daar schrok ik enorm van. Want natuurlijk houd ik van hem, maar dit vreet energie. Het zet onze hele dynamiek onder druk. Wat kan ik doen dat goed is voor mijn zoon en waardoor hij gewoon in zijn eigen bed slaapt?”
Het antwoord van vadercoach Marloes Craenen
“Ik ga je de tip geven die je nodig hebt, Nico. Want het is niet voor niks dat de oplossing van je vrouw voor jou niet goed voelt. Maar eerst trek ik dit wat breder, zodat andere vaders (en moeders) er ook iets uithalen. Voor sommige ouders werkt het prima. Kan een kind niet slapen? Kom er maar bij! Ik ken zelfs ouders die een 3-persoonsbed lieten maken. Maar besef: je geeft hiermee de intieme ruimte van jou en je partner op. En voor je kind geldt: als het één keer mag, mag het altijd.
Ik ben groot voorstander van iedereen in zijn eigen bed. Natuurlijk, uitzonderingen mogen er zijn: als je kind ziek is of iets naars heeft meegemaakt, slaapt hij dichtbij, maar het liefst in een eigen bedje ernaast. En als je kind een nare droom heeft gehad, dan is die geruststelling en dat landen onmisbaar. Maar leg hem daarna weer terug in zijn eigen bed.
Je kind voelt de disbalans
Als een kind structureel de plek van papa of mama inneemt, heeft dit meer gevolgen dan je zou willen. Hij doet het ook niet voor niks. Ergens voelt je kind de disbalans: bij jou, bij je partner of in jullie relatie. En ongemerkt draagt een kind dan ook de lasten mee van de ouder die afwezig is. Dat wil je niet voor je kind.
Vraag je dus af: hoe sta ik in het vaderschap? Ben ik emotioneel aanwezig? En hoe sta ik in mijn relatie? Ben ik hier? Wil ik hier zijn? Dat zijn confronterende vragen, maar kinderen voelen hoe het met je gaat. Wees eerlijk naar jezelf, zoek hulp als dat nodig is en laat zien dat jij er bent.
Leren dat hij veilig is
Samengevat: kinderen moeten leren dat ze veilig zijn. Altijd en overal. Dat vraagt drie dingen:
- Een stevige, liefdevolle basis: de relatie tussen jou en je vrouw.
- Beschikbare ouders, vooral als het gaat om emoties.
- Naast je kind staan als hij iets moeilijk vindt, met het vertrouwen dat hij het zelf kan.
In jouw geval is je zoon 10 jaar oud en bang voor het duister. Jij hebt hem te leren dat hij veilig is. Niet door de angst weg te nemen, maar door hem te laten ervaren: het is moeilijk, maar ik kan dit.
Hoe doe je dat?
Dat doe je met behulp van de volgende punten:
- Kies een rustig moment met je zoon alleen. Vertel hem: ‘Soms lijken dingen spannender dan ze zijn. Voor sommige dingen moet je vechten: op school, bij sport en óók bij slapen. Het leven geeft je altijd moeilijke dingen, maar jij kunt ze aan. Omdat je veilig bent in dit huis.’
- Herhaal dit bij het naar bed brengen. Benoem dat bang zijn mag, maar dat hij sterk genoeg is om het aan te gaan.
- Maak het concreet: geef hem zijn knuffel en zeg: ‘Deze knuffel beschermt je vannacht. En als je toch bang bent? Dan vecht je tegen bang zijn.’
Breng dit in verbinding en met overtuiging. Erken zijn angst, maar laat ook je vertrouwen voelen. Dan leert je kind: het leven is soms moeilijk, maar ik kan dit. En de volgende ochtend zal hij trots zijn dat het gelukt is. Net zo trots als jij.
Tip voor je vrouw: je kind is nooit zielig. Die gedachte haalt hem uit zijn kracht. Een kind heeft alles in zich en kan veel meer dan je denkt, zeker als jij hem dat vertrouwen geeft. Maak hem dus niet klein, maar laat hem ervaren dat hij sterk is en dingen zelf kan. Dáár groeit hij van.”