Redactie
Redactie School 19 jun 2018
Leestijd: 5 minuten

Voor straf niet buitenspelen

antwoord

Over straffen zijn de meningen verdeeld. Elke leerkracht heeft zo zijn eigen manier van omgaan met ongewenst gedrag. Ik denk dat het goed is dat een leerkracht niet te bang is om een straf uit te delen. Als ouder geef ik mijn kinderen echter nauwelijks straf. Als moeder ben ik minder een voorstander van straffen dan als leerkracht. De relatie die je met je kind hebt, is een andere dan de relatie leerkracht-leerling. Ik zal dat uitleggen.

Straffen

Als leerkracht heb je te maken met groepsprocessen, met leerlingen die met opvallend gedrag een bepaalde positie in de klas hopen te krijgen of kinderen die hun grenzen opzoeken. Zeker in het begin van het schooljaar willen kinderen simpelweg weten wat voor een juf je bent. Wat mag wel en wat mag niet. Mag dit écht niet of vindt ze het sóms ook wel goed? Zo leren kinderen hun leerkracht kennen en de leerkracht hen. 

Door orde, rust en gezelligheid in de klas krijg je een band met elk kind. Ook met de kinderen die soms gestraft moeten worden, omdat ze dat nodig hebben en omdat de klas dat nodig heeft. Een leerkracht die alleen maar steeds blijft waarschuwen en blijft mopperen verpest de sfeer in de klas. Mijn ervaring is dat kinderen zich hieraan vreselijk ergeren. Ze vinden het beter dat er gestraft wordt wanneer een kind na een waarschuwing door blijft gaan. Dan kan de klas weer verder, is er weer rust en kan het ook weer gezellig worden.

Onacceptabel

Je vraagt naar wat mijn mening is over de klas die als groep gestraft wordt, door het buitenspelen te verbieden. Daar kan ik een kort antwoord op geven: Ik vind dit een onacceptabele straf. Jonge kinderen hebben recht op een speelkwartier, op buiten rennen en op frisse lucht. Niet buitenspelen betekent een nog drukkere klas en gefrustreerde kinderen. 

Maar wat dan wel of juist niet?

  • Als leerkracht zou je moeten proberen om te veel straffen te voorkomen. Leer je kinderen kennen, praat met ze en probeer zo snel mogelijk een band op te bouwen. Door een band op te bouwen gaan kinderen hun best doen voor de juf. Geef veel complimenten, krullen en plaatjes. Kies ook zoveel mogelijk voor beloningssystemen voor gewenst gedrag. Kleine beloninkjes zoals ‘jij mag vandaag alle schriften ophalen’ is bijvoorbeeld al een goeie voor een kind dat moeilijk op zijn stoel kan blijven zitten.
  • Schreeuwen, je stem verheffen; hiermee toon je je onmacht en het maakt vaak een enorm negatieve indruk op kinderen. Ze kunnen angstig worden of juist heel opstandig en kwaad.
  • Een straf voor de hele klas heeft vaak weinig zin: niemand voelt zich persoonlijk aangesproken en de hele groep is kwaad door de straf. Het gebeurt weleens dat de hele klas ‘nablijft’ omdat het opruimen bijvoorbeeld eindeloos duurt. De kinderen zien dan zelf dat ze door het getreuzel en gekwebbel simpelweg te laat klaar zijn.
  • Wanneer dus heel duidelijk is dat vrijwel de hele groep het probleem veroorzaakt dan vind ik een groepsstraf niet verkeerd.
  • Korte straffen voor dagelijkse probleempjes werkt het beste. Bijvoorbeeld: de leerling afzonderen van de groep door een tafel te verschuiven of het kind van plek te laten veranderen.
  • Een opstel schrijven over wat er fout gaat, is voor kinderen in groep 4 misschien nog wat te hoog gegrepen. Ik ben wel een voorstander van strafregels. Lange tijd was dit erg ouderwets, nu komt steeds vaker naar voren dat dit eigenlijk heel effectief kan zijn. Voorwaarde vind ik wel dat je een kind laat schrijven wat je van hem of haar verwacht. Dus niet: ‘Ik mag niet slaan als ik boos ben’ maar ‘Als ik boos ben loop ik even weg’. Een kind in groep 4 zou je dit 10 keer kunnen laten schrijven. Tijdens het schrijven denkt een kind na over wat hij schrijft. Je geeft als leerkracht duidelijk het gewenste gedrag door. 
  • Het is van belang dat een leerkracht zoveel mogelijk de straf nog even nabespreekt met de leerling zodat deze begrijpt waarom er straf nodig was en zodat de leerling zelf er ook nog iets over kan zeggen. Ook ruzies en vechtpartijen moeten altijd worden uitgepraat.
  • Kinderen die veel problemen hebben kun je per dag bijvoorbeeld 5 blokjes geven. Bij ongewenst gedrag verdwijnt er een blokje van de tafel. Aan het einde van de dag geen blokjes meer? Dan volgt er na school met de leerkracht een gesprek. Liggen er nog veel blokjes dan verdient deze leerling een compliment of beloning. 
  • Een straf hoeft vaak niet lang te zijn. Dus nooit een héle gymles overslaan of een heel speelkwartier! Twee minuten later naar buiten of naar de gym wordt door jonge kinderen al als straf ervaren. Een kind dat steeds de grens op zoekt, mag als laatste de klas verlaten of als laatste naar buiten. Het is wel goed om deze tijd iets op te voeren bij oudere leerlingen.
  • Wanneer een leerkracht de klas niet aankan of wanneer een kind door zijn gedrag niet goed te handhaven is in de klas, dan zal de leerkracht advies moeten vragen bij de IB’er. Dit is vaak moeilijk voor leerkrachten omdat ze het gevoel hebben zelf te falen. Dit gevoel is zeker niet altijd terecht want zelfs de beste leerkrachten zitten weleens met hun handen in het haar over een bepaalde leerling! Het is verstandig om wanneer je als ouder merkt dat er grote ordeproblemen zijn in de klas, dit zonder een stortvloed van kritiek, bespreekbaar probeert te maken met de betreffende leerkracht.

In het gesprek met de directie zou je kunnen voorstellen dat de school een protocol gaat maken over het straffen in de klas. Dit dwingt een team om na te denken en te discussiëren over dit onderwerp.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Iedere zondagochtend het beste van J/M Ouders in je mailbox 👪

Start je zondag goed met de mooiste verhalen van J/M Ouders.